Er zijn nogal wat mensen in de vereniging die tomaten kweken, al dan niet met wisselend succes.
Zorg ervoor dat ze een afdakje krijgen, want ze hebben een hekel aan regenwater op hun kop.
De tomatenplant is familie van de aardappel dus pas op dat je geen tomaat plant op de plek waar het jaar daarvoor aardappelen hebben gestaan. Om de tomatenplant te helpen bij zijn groei en bloei zodat je lekker veel tomaten krijgt, is het van belang dat je de tomatenplant pas op de plek van bestemming zet als deze zo’n 25 tot 30 cm groot is. Is dat het geval, dan haal je de onderste bladeren weg tot plm. 8 cm onder de top. De wortel en de kale harige stam zet je zo diep mogelijk in de grond. De haartjes aan de stam zullen vergroeien tot wortels, waardoor het wortelgestel van de plant een keer zo groot wordt en hij meer kans heeft op een grote oogst.
Ziektes kan je voorkomen door de jonge aanplant te besproeien met (lach niet) tot poeder vermalen en in water opgeloste aspirine. (5 tabletten op 2,5 liter water) sproeien op het blad. Door deze behandeling maakt de plant extra afweerstoffen aan en is hij minder gevoelig voor ziektes.
Zorg ervoor dat de plant voldoende water krijgt en een hoeveelheid calcium. Voorkom dat de grond uitdroogt, dit kan door te mulgen met stro, boomschors, houtsnippers, gemaaid gras, halfvergaan tuinafval enz. Het bodemleven zal ervan smullen en houd de grond luchtig en wij krijgen prachtige en smaakvolle tomaten ervoor terug.